Glider crash op de Peelsche Heide
ACTIVITEITEN
Glider crash op de Peelsche Heide
Op dinsdagmiddag 19 september 1944 zag in Reusel de lucht zwart van de vliegtuigen. Het was 2 dagen na het begin van Market Garden. Honderden Douglas C-47 transportvliegtuigen (Dakota’s) kwamen in een onafzienbare groep overvliegen. Er scheen geen einde aan te komen. Aan veel van die Dakota’s was met een kabel een zweefvliegtuig - of soms zelfs twee of drie van die toestellen - bevestigd. Ze vlogen maar een paar honderd meter hoog. Deze vliegtuigen en zweefvliegtuigen (gliders) zaten vol met paratroepen, jeeps, zendapparatuur, wapens en munitie. Omdat ze zo laag vlogen waren ze een relatief makkelijke prooi voor het Duitse afweergeschut. Op deze dag slaagden negentig zweefvliegtuigen er niet in om de afgesproken landingszone te bereiken. Veertien zweefvliegtuigpiloten stierven als gevolg van de operatie op deze dag. Ook werden veertien sleepvliegtuigen neergeschoten en eisten het leven van achttien bemanningsleden.
Zweefvliegtuigen gesleept door Douglas C-47’s tijdens operatie Market Garden
Zo ook in Reusel. Halverwege de Brandtoren en de Kleine Cirkel, in de buurt van de voorwerkerswoning stortte een WACO glider neer. De CG-4A glider met serienummer 42-77455, had als bestemming landingzone W, ten noorden van Son. Aan boord van het toestel was slechtst één piloot, er was geen co-piloot aanwezig. Het zweefvliegtuig vervoerde verder zes leden van de HQ Battery of the 907th Glider Field Artillery Battalion, 101st Airborne Division en materieel. Bij het neerstorten werd de glider beschoten door machinegeweren van de nabijgelegen Duitsers. Het is niet bekend of daardoor of door de val drie van de inzittenden gedood werden.
Plattegrond crash locatie WACO glider nabij de Kleine Cirkel. De stoffelijke resten van DeLassus werden aanvankelijk gemarkeerd als Onbekend X-2883
Deze Amerikaanse soldaten kregen een veldgraf vlakbij de neergestorte glider. Hun namen waren: Joseph Fink “Joe” DeLassus (de piloot), Paul J. Hollis en John J. Elliot. Hun lichamen werden overgebracht naar het oorlogskerkhof in Margraten. Later warden door Duitse SS vermoord: Gordon H Kuehn en Charles A Lodge. De soldaten Walter C. Fredericks en Harvey E. Davis waren zwaargewond en zijn door de Duitsers als gevangenen afgevoerd naar een krijgsgevangenenkamp in Beieren.
Verklaring van Captain Norman G. Statham die de piloot was van de C-47 die het zweefvliegtuig sleepte:
“Ik zag het zweefvliegtuig dat ik sleepte voor het laatst toen het neerstortte op de grond. Ik geloof dat F/O De Lassus werd neergeschoten omdat het in een spiraal naar beneden vloog en neerstortte nadat het plotseling een slinger maakte. Toen ik een rondje maakte om te zien wat er gebeurde leek het erop dat het zweefvliegtuig in goede staat was. Bij het bereiken van de grond crashte het zweefvliegtuig op zijn rechtervleugel met zo'n kracht dat ik geloof dat de piloot gedood moet zijn.”
De lijst met de bemanningsleden uit het Missing Air Crew Report
Ambtenaar en gemeenteontvanger A. Willekens (een neef van de voormalige burgemeester van Reusel) was ooggetuige van deze gebeurtenis. Hij was op dat moment in het huis van de gemeente-voorwerker en maakte later een uitgebreid verslag van de gebeurtenis.
Gemeenteontvanger Adriaan Willekens
Bij het neerstorten werd de Glider beschoten met machine geweren door Duitschers. Het is niet bekend of daardoor, dan wel door den val 3 der inzittenden gedood werden. Toen na enkele dagen de Duitschers ter plaatse tijdelijk uit hun stellingen verdwenen waren, werd door een gemeenteambtenaar en marechaussee’s een onderzoek ingesteld en de noodige notitie gemaakt. Deze zijn evenwel tijdens oorlogshandelingen verloren gegaan. Eenigen tijd na de bevrijding werd een trouwring gevonden. voor zoover de personen voornoemd zich herinneren, moet en der inzittenden “Lodge” geheeten hebben.
Volgens de heer Willekens hadden Duitse troepen zich ingegraven nabij de weg van Reusel naar Postel. Ze namen de vliegtuigen, gestaag onder vuur met machinegeweren. Hij zag hoe een zweefvliegtuig zich losmaakte, een bocht maakte, naar beneden kwam en terugvloog in de richting van de genoemde weg. Nadat hij het zweefvliegtuig uit het oog verloor door de dennenbomen, hoorde hij machinegeweervuur dat vermoedelijk gericht was op het dalende of reeds aan de grond gezette vliegtuig. Op 22 september, toen de Duitsers vertrokken waren, ging hij samen met het hoofd van de politie en een andere politieman naar de crashsite. Ze vonden één graf met twee kruizen en één graf met één kruis waarop helmen rustten. Er stonden geen namen op. Alles behalve het wrak van het zweefvliegtuig was door de Duitsers geroofd.
Ongeveer tien dagen later plaatste de heer Wouters, een plaatselijke inwoner, houten kruisen op de graven. Hij dacht dat de soldaten Engelsen waren en liet op de kruizen “Engelse soldaat 17-9-44” zetten.
Reuselnaar Thijs Van Limpt vertelde jaren later:
Mijn moeder heeft ooit verteld, dat er achter de oude brandtoren een vliegtuig is neergestort. Deze werd vanuit hun woning "het peelhuis" neergeschoten door Duitsers. Later heeft mijn moeder nog een trouwring gevondenen deze naar de burgermeester gebracht, echter nooit meer iets van gehoord.
Na identificatie werd F/O DeLassus in eerste instantie bijgezet in een tijdelijk graf in Margraten op 14 maart 1946 en kreeg zijn laatste rustplaats op 10 februari 1949.
Begraafplaats: Amerikaanse Militaire Begraafplaats, Amerikaanse Begraafplaats 1, Margraten
Graf ID-nummer: 786493 - Begraafplaatsnr.: 1020 - Plaatsaanduiding: vak i rij 08 graf 1
De grafzerk van Joseph F DeLassus met enkele van zijn onderscheidingen.
De piloot Joseph F DeLassus werd diverse malen postuum onderscheiden met:
★ World War II Victory Medal
★ Air Medal
★ Purple Heart
★ United States Aviator Badge Army
★ American Campaign Medal
★ Army Presidential Unit Citation
★ Army Good Conduct Medal
★ European-African-Middle Eastern Campaign
Joseph F. DeLassus ging naar de Central High School in Cape Girardeau en het Southeast Missouri State Teachers College in Cape Girardeau en was werknemer op het postkantoor toen hij op 8 mei 1942 in dienst ging. Hij trainde in Californië, Texas, Kentucky en North Carolina voordat hij op 18 maart 1944 overzee werd gestuurd.